Het voordeeltje dat Ferrari heeft op Red Bull in de ontwikkelingsstrijd
In 2022 wordt er regelmatig gesproken over een 'ontwikkelingsoorlog' in de Formule 1. Met de compleet nieuwe bolides in de koningsklasse wordt het verschil nog niet gemaakt aan het begin van het seizoen, maar juist gedurende het jaar. De eerste upgrades bij onder andere Red Bull laten al zien dat het een groot verschil kan maken. Ferrari was het te kloppen team bij de start van het seizoen, maar tijdens de vierde Grand Prix van het jaar stond Red Bull vooraan de grid. De eerste klap in de ontwikkelingsstrijd is uitgedeeld door het team van Max Verstappen, maar hier moet een kanttekening bij worden geplaatst: Ferrari heeft nog geen grote upgrade doorgevoerd. Dit is precies waar nog een groot voordeel ligt voor de Scuderia, want het team krijgt meer testtijd dan concurrent Red Bull. Ferrari mag in de eerste helft van dit jaar namelijk zestien extra runs draaien in de windtunnel, welke een significant verschil kunnen maken bij de ontwikkeling van de aerodynamische upgrades. Het team krijgt deze extra testuren door derde te finishen in de constructeursstand van 2021. Waarom Ferrari een ontwikkelingsvoordeel heeft Aerodynamische ontwikkeling is dit seizoen ontzettend belangrijk. Om te zorgen dat de grootste teams geen grote voorsprong zouden krijgen na 2021 is er een constructie bedacht met de zogenoemde Aerodynamic Test Restrictions (ATRs). Vorig seizoen is er vanuit de constructeursstand bepaald welke teams meer of minder runs in de windtunnel uit mogen voeren. Het is een soort aerodynamische 'ballast', waarbij de hoger gefinishte teams van vorig jaar minder tijd hebben voor het upgraden van hun bolides. De aerodynamische ontwikkeling is goed voor ongeveer 50% van de performance bij de F1-bolides, dus elke run is cruciaal. Op 31 december is voor het laatst naar de constructeursstand gekeken, toen Mercedes eerste was gefinisht, gevolgd door respectievelijk Red Bull en Ferrari. De ATRs zijn in een jaar verdeeld over zes periodes van gemiddeld acht weken: drie periodes per half jaar. Met 40 runs per week (100%) komt dat neer op 320 runs per half jaar. In onderstaande tabel zien we, gebaseerd op de 320 runs, de 'ballast' percentages en de impact op het aantal runs dat de teams mogen uitvoeren. Hier zien we dat Ferrari zestien extra runs krijgt ten opzichte van Red Bull. Wie gaat er bij het volgende meetpunt in het voordeel zijn? Er wordt tweemaal per jaar naar de constructeursstand gekeken om de ATRs te bepalen, namelijk op 31 december en op 30 juni. Dit betekent dat er op de dag voor het Grand Prix-weekend van Groot-Brittannië weer wordt gekeken naar de pikorde bij de teams. Op dit moment staat Ferrari daar nog bovenaan, maar Red Bull staat slechts 11 punten achter de Scuderia. Hierdoor kan het aantal testruns tijdens de tweede helft van het seizoen dus weer gaan verschillen. Ferrari heeft tijdens de eerste seizoenshelft in ieder geval een voordeel op Red Bull, maar kan dit tijdens de tweede helft van het jaar ironisch genoeg ook weer kwijtraken door de leiding in het WK te behouden. Het is dus belangrijk voor de Italiaanse renstal om elk uurtje in de windtunnel extreem goed te benutten om een voorsprong op te bouwen, of in ieder geval om op gelijke voet te blijven staan.