Alpine kent roerig jaar en moet naarstig op zoek naar stabiliteit

Alpine is eigenlijk de enige stabiele middenmoter in de Formule 1,
met een flinke voorsprong op de achterhoede en een flinke
achterstand op de top. Het Franse team scoorde 120 punten en pakte
twee podiumplaatsen, maar de echte stap bleef opnieuw uit. En dat
is tegen het zere been van het ambitieuze team. In Bahrein was het
meteen duidelijk dat Alpine niet iedere week mee ging doen om
podiumplaatsen en in het beste geval overwinningen. De van
AlphaTauri overgekomen Pierre Gasly eindigde als negende met een
achterstand van 73 seconden op winnaar Max Verstappen, een
eeuwigheid in de Formule 1. Het was misschien nog wel vervelender
dat Aston Martin, in 2022 toch een directe concurrent van Alpine,
wél een fikse ontwikkeling had doorgemaakt en uiteindelijk meer dan
150 punten voor de formatie van Bruno Famin zou eindigen in het
constructeurskampioenschap. Door de latere opmars van McLaren zou
Alpine twee plaatsen zakken ten opzichte van 2022. Meer dan de
zesde plaats zat er niet in. Famin begon niet als teambaas aan 2023
en daar ligt ook meteen het pijnpunt van Alpine. Voor de zomerstop
werden er heel wat belangrijke poppetjes aan de kant geschoven, met
CEO Laurent Rossi, teambaas Otmar Szafnauer en sportief directeur
Alan Permane in de hoofdrol. Zij moesten het veld ruimen en werden
vervangen door respectievelijk Philippe Krief, Famin en Julian
Rousse. Het is echter een ongeschreven regel in de Formule 1 dat
chaos in het management altijd terug te zien is op de baan. Want
hoe moet je de auto doorontwikkelen als er constant nieuwe mensen
beginnen op de belangrijke posten? Zo was Szafnauer nog maar
anderhalf jaar de teambaas toen hij vertrok. Waar bijvoorbeeld
McLaren een grote stap voorwaarts zette, bleef die, mede door de
chaos, uit bij Alpine. En dat is zorgwekkend voor 2024. Esteban
Ocon en Pierre Gasly Voorafgaand aan 2023 was het ook de vraag of
de nieuwe line-up voor stabiliteit zou zorgen. Fernando Alonso had
de deur hard achter zich dicht getrokken en werd vervangen door
Gasly. Esteban Ocon bleef wel aan, maar het is algemeen bekend dat
hij niet de beste vriend van Gasly is. Vroeger botste het
letterlijk en figuurlijk tussen de twee. Het moet gezegd: daar was
weinig van terug te zien in 2023. Ocon en Gasly leken in het belang
van het team te denken, zelfs toen het duo samen eraf vloog in een
chaotische slotfase van de Grand Prix van Australië. Penibele
situaties, Gasly reageerde bijvoorbeeld ontzettend boos en met
middelvingers toen hij Ocon in de slotfase voorbij moest laten in
Japan, werden ook vrij aardig opgelost door het team. Uiteindelijk
zou Gasly de kwalificaties met 14-9 in zijn voordeel beslechten,
terwijl Ocon in de races met 10-9 'won'. Die laatste statistiek
legt meteen een nieuw pijnpunt van Alpine bloot: de
betrouwbaarheid. In Australië, Groot-Brittannië en Hongarije zagen
de beide coureurs de finishvlag niet en in totaal vielen Ocon en
Gasly maar liefst tien keer uit. Hoogtepunten waren er wel in
Monaco en Nederland. Ocon kende een bijzonder sterk weekend in
Monaco en eindigde in de kwalificatie en de race op een knappe
derde plaats, terwijl Gasly alles goed deed in de regentombola van
Zandvoort en daar ook als derde over de streep kwam. Qua line-up
blijft het wel stabiel bij Alpine. Ocon en Gasly werkten een
redelijk seizoen af en blijven allebei aan voor 2024. Stabiliteit
gaat de doorslaggevende factor zijn Al met al was het geen
succesvol seizoen voor Alpine. De Franse formatie keerde in 2016
terug in de koningsklasse van de autosport en wilde binnen vijf
jaar aan de top staan. Dat is niet gelukt en het is door de
chaotische taferelen van dit seizoen de vraag of er op korte
termijn veel successen geboekt gaan worden. Alpine zal eerst
stabiliteit moeten vinden en beschikt, als het al lukt om de top
uit te dagen, over twee coureurs die zomaar weer eens kunnen
clashen. Teambaas Famin stelt tegenover onder meer RacingNews365
ook dat Alpine het beter moet doen. "De waarheid is dat we niet
staan waar we willen staan. Dat is duidelijk. Maar ik denk dat we
met de doorgevoerde veranderingen meer potentieel uit de mensen
halen, vooral op het circuit. Ik zag namelijk meteen een andere
mindset." De Fransman ziet heel wat positieve signalen. "We hebben
in de tweede seizoenshelft meer punten gepakt. Daar ben ik blij om,
maar we moeten dit momentum voortzetten nu het seizoen is
afgelopen. Ik heb nu ook de tijd om daar meer aandacht aan te geven
in de fabrieken. We hebben heel wat talent in het team en we moeten
ervoor zorgen dat ze met nieuwe ideeën voor de ontwikkeling van de
auto komen. Ons plan is om het potentieel van het team te
ontwikkelen en zo de auto en de resultaten te verbeteren."