Oud F1-teambaas in gesprek met Andretti: "Zou ze graag helpen"

De FIA heeft inmiddels goedkeuring gegeven aan Andretti om toe te
treden tot de wereld van de Formule 1, maar het is nog lang niet
zeker dat het Amerikaanse team daadwerkelijk op de F1-grid komt te
staan. Toch is teameigenaar Michael Andretti al druk bezig om
mensen aan te trekken als ook de teams en het F1-management akkoord
gaan met de komst van het elfde team. Zo is Otmar Szafnauer een van
de mensen met wie Andretti spreekt. "Ik heb wat gesprekken gehad
met Michael Andretti, hij had me al gebeld voordat ik naar Alpine
ging. En ik heb hem verteld dat ik hem graag zou helpen", zo zegt
Szafnauer in gesprek met Motorsport Magazine . "Ze moeten eerst de
toelating tot de Formule 1 voor elkaar krijgen, want hoe kan ik hem
helpen zonder toelating? Als ze worden geaccepteerd, kan ik
bespreken hoe ik erbij betrokken kan worden, ze op weg kan helpen
en in beweging kan krijgen. En wat ik weet uit de begintijd van
BAR, is dat je niet vanaf nul kunt beginnen, 900 mensen aannemen en
verwachten dat je dat binnen een jaar voor elkaar krijgt. Er zijn
niet genoeg goede mensen van wie het contract afloopt. Dat is
gewoon niet mogelijk", zo zegt Szafnauer. 'Wil graag doorgaan' Ook
al heeft de Roemeen de afgelopen jaren de nodige tegenslagen heeft
gekend met zijn vertrek bij Aston Martin en Alpine, hij zit nog
steeds vol vuur om aan de slag te gaan. "Ik wil graag doorgaan,
maar het moet in een positie zijn waar mijn ervaring en
vaardigheden goed gebruikt kunnen worden. Ik denk dat ik nog vijf
tot zeven jaar in me heb", zo vertelt de 59-jarige Szafnauer.
"Misschien heb ik een te hoge dunk van mezelf, maar ik geloof er
nog steeds in dat ik de vaardigheden heb om een goed team samen te
stellen dat competitief kan zijn in de Formule 1. Dus dat is wat ik
wil doen." "Op dit moment heb ik er zin in, maar ik wacht mijn tijd
af. Ik kan niet nu meedoen door de bepalingen (in mijn contract bij
Alpine, red.). Hopelijk kan ik binnenkort, (in 2024, red.), weer
terugkeren in de sport. Het probleem is alleen dat ik een beetje
ongeduldig ben", zo sluit Szafnauer af.