Mol over vijfhonderd Grands Prix: 'Slap lullen tot kunst verheven'
De Grand Prix van Singapore, het was een bijzondere voor commentator Olav Mol. Tijdens de bewuste race afgelopen weekend deed hij voor de vijfhonderdste keer verslag van een Formule 1-race. Een fraai jubileum voor de 57-jarige medewerker van Ziggo Sport.
Zijn eerste race was die van Monaco in 1991. De enthousiaste verslaggever vond het maar wat spannend, laat hij weten aan het AD . 'Zat ik daar heel dicht aan de baan opeens Formule 1 te doen voor de NOS. Met de gevreesde regisseur Martijn Lindenberg naast me. Voorbeelden had ik eigenlijk niet. Die job was ook nooit een doel van me geweest, uiteindelijk rolde ik er gewoon in. Hoe je dit wordt, vragen kinderen me weleens. Nou, door slap lullen tot kunst te verheffen.'
'Als ik op zondag wakker word, denk ik nog steeds: 'Yes, raceday!'
In april dit jaar, tijdens de Grand Prix in China, kwam Mol erachter dat zijn jubileum eraan zat te komen. In Shanghai vond namelijk de duizendste Formule 1-race plaats. Mol wilde destijds dus wel weten hoeveel hij er van die duizend had meegemaakt als commentator. 'Bleek ik hier in Singapore m’n vijfhonderdste Grand Prix te gaan doen. Niet normaal. Vijfhonderd, ik schrok er gewoon van.'
Mol doet zijn werk nog altijd met veel plezier. Van een eventueel pensioen wil hij dan ook nog niets weten. 'Mijn probleem is dat ik in mijn kop nog altijd 27 ben en niet 57. Als ik op zondag wakker word, denk ik nog steeds: 'Yes, raceday!' Kriebels, altijd, ook in oorden als Bahrein. Ik heb al zo vaak twee uur helemaal alleen vol moeten lullen. Geen probleem, want deze sport heeft zo ontzettend veel uitleg nodig. Mijn drijfveer blijft om te roepen wat er gáát gebeuren. Niet benoemen dat Sebastian Vettel naar binnen gaat, maar wannéér hij zal gaan. En dat moet je ook wel durven bij zo’n bloedsnelle sport.'