F1 slaat één van de grootste flaters uit eigen historie

Het is 19 juni 2005, precies twintig jaar geleden op het moment van
schrijven. De Formule 1 is afgereisd naar de Verenigde Staten voor
de Grand Prix op de Indianapolis Motor Speedway, een locatie die
haast onmisbaar is binnen de Amerikaanse sportcultuur. Het beloofde
een weekend vol actie te worden, maar niemand had verwacht dat het
heel anders uit zou pakken.  De problemen begonnen al op de
vrijdag. Ralf Schumacher, toenmalig Toyota-coureur, maakte een
flinke klapper tijdens de training. De crash werd, zo bleek na
afloop, veroorzaakt door een probleem met de banden. Dat was op
zichzelf niet echt reden tot paniek, ware het niet dat ook Ricardo
Zonta eerder die dag in een soortgelijke situatie terecht was
gekomen. In het geval van Zonta ging het om een lekke band
linksachter, voor toenmalig bandenfabrikant Michelin was wel
duidelijk dat er ingegrepen moest worden. Het werd een volgend
hoofdstuk in de zogenoemde bandenoorlog die al sinds het begin van
de jaren 2000 woedde in de Formule 1. Bridgestone en Michelin waren
druk in gevecht om dé bandenleverancier van de koningsklasse van de
autosport te worden, maar een regelverandering in 2005 bracht daar
verandering in. De kwalificatie én de race moesten vanaf toen op
één set banden verreden worden, en Michelin was daar een stuk beter
op voorbereid. Maar tijdens de GP van de Verenigde Staten ging het
ook voor de Franse fabrikant niet goed. Het artikel gaat verder
onder de foto.  GP Verenigde Staten Michelin startte een onderzoek
naar de bandenproblemen, maar in de tussentijd namen zij het zekere
voor het onzekere door een nieuwe batch banden over te laten
vliegen vanuit Frankrijk. Maar toen ook de nieuwe sets onderworpen
werden aan de nodige tests, werd de nachtmerrie van Michelin alleen
nog maar groter: ook de nieuwe banden kampten met exact hetzelfde
probleem. En dat zorgde voor moeilijkheden, want Bridgestone kon
juist de veiligheid en kwaliteit van de banden niet garanderen als
deze ouder waren dan tien ronden. Aangezien veertien van de twintig
auto's op het Franse rubber reden, was het dan ook niet gek dat de
wedstrijdleiding daar de nodige zorgen over had. Race director
Charlie Whiting kon dan ook niet anders dan concluderen dat
Michelin had verzuimd het juiste materiaal mee te nemen naar de
Grand Prix, en dat er geen aanpassingen doorgevoerd konden worden
aan het circuit.  Bridgestone hield er een hele andere mening op
na. Zij waren nergens bij betrokken, maar zagen het ook niet zitten
om actief mee te denken over een oplossing. En zo begonnen de
onderhandelingen, want op de ochtend voor de race moest halsoverkop
nog naar een oplossing worden gezocht. In die allesbepalende uren
werden meerdere opties besproken. Zo werd er een suggestie geopperd
dat coureurs die Michelin-banden gebruikten bocht dertien, waar
Schumacher crashte, over konden slaan en door de pitstraat konden
rijden. Een andere oplossing was dan weer gericht op pitstops, die
om de tien ronden plaats zouden moeten vinden om zo de druk van de
banden af te halen.   De oorzaak Uiteindelijk was het een klassiek
geval van schaakmat staan. Michelin kon de veiligheid van de banden
niet garanderen, en aangezien dit feit bekend was, zouden de zeven
teams die gebruik maakten van die sets ernstig in de problemen
komen als het fout zou gaan. Toch was de FIA niet bereid of in
staat om andere veranderingen door te voeren om Michelin tegemoet
te komen, waardoor de veertien auto's met Michelin-banden onder de
auto de strijd na de formatieronde al staakten. Zo bleven er maar
zes deelnemers over.  De oorzaak van het probleem bleek
uiteindelijk vrij simpel, want bij het opnieuw asfalteren van bocht
dertien (de eerste bocht van de Indianapolis oval) werd ook meteen
een nieuw systeem geplaatst om de afwatering te bevorderen. Dat
nieuwe systeem zorgde tegelijkertijd voor verhoogde bandenslijtage,
waardoor de druk op de Michelin-banden te hoog werd. Voor de
coureurs op de Bridgestone-banden was dat allemaal geen probleem,
zo bleek ook toen de zes overgebleven coureurs van start gingen.
Ferrari-coureurs Michael Schumacher en Rubens Barrichello pakten
een 1-2'tje, terwijl Tiago Monteiro het podium compleet maakte voor
Jordan. Maar het leed was op dat moment al geschied, want het
grootste deel van het aanwezige publiek was toen allang vertrokken.
Uiteindelijk zou het Michelin-fiasco zelfs het kortstondige einde
van de Grand Prix van de Verenigde Staten worden. In 2007 werd
aangekondigd dat de laatste editie verreden zou worden op de
Indianapolis Motor Speedway. Sindsdien strijkt de Formule 1 neer in
Texas, waar het Circuit of the Americas specifiek is gebouwd voor
de koningsklasse van de autosport. Dat zou het begin worden van het
herstel van de reputatie van de F1 in de VS. Want inmiddels vinden
we de Verenigde Staten maar liefst drie keer terug op de kalender. 

Top Headlines

Oudere Top Headlines