Albon ziet gamechanger binnen Williams: "Werken 200% sneller"

De cijfers van Alexander Albon tegenover Nicholas Latifi en Logan
Sargeant spreken boekdelen: Nicolas Latifi werd met 18-2 verslagen
in de kwalificatie en met 12-1 in de race. Logan Sargeant werd met
35-0 in de kwalificatie gesloopt, in de races is het onderlinge
resultaat 23-0. Duidelijke cijfers die de klasse van Albon lieten
zien, al lijkt hij vooral blij te zijn met zijn nieuwe, meer
ervaren teamgenoot Carlos Sainz.  Waar dat aan ligt? Volgens Albon
is de combinatie van ervaring in de Formule 1 en ervaring bij
Williams ideaal. "Mensen zien mij als een superervaren coureur,
maar ik heb eigenlijk niet zoveel races gereden als mensen denken.
Ik denk dat Carlos twee keer zoveel races heeft gereden dan ik", zo
begint Albon aan zijn verhaal in een exclusief gesprek met
RacingNews365 . Voor de beeldvorming: Albon reed 118 Grands Prix in
de F1, Sainz maar liefst 219.  "Maar tegelijkertijd vormen we een
geweldige combinatie: ik heb veel met de auto gereden en ken het
DNA van Williams, en hij heeft natuurlijk veel meer met andere
auto's gereden en weet wat er haalbaar is. Bij mij is het bijna
alsof ik begrijp hoe ik moet improviseren om er met de auto uit te
komen." Het grote verschil tussen vorige teamgenoten van Albon en
Sainz is de inbreng in de ontwikkeling van de wagen: "Ik ga niemand
de schuld geven, maar er zat eigenlijk altijd een rookie of
onervaren coureur in het andere zitje. Daardoor moest ik het
overgrote deel van het ontwikkelingswerk doen. Je zou kunnen zeggen
dat we momenteel 200 procent sneller werken dan hiervoor. We kunnen
de auto dus sneller en gedetailleerder ontdekken." "Omdat wij nu
Carlos bij ons hebben, iemand die goed is in feedback geven, kunnen
we meer performance uit de auto halen. Iets waar we hiervoor niet
toe in staat waren." Daarnaast verklaart Albon dat beide
Williams-coureurs een vergelijkbare rijstijl hebben, iets wat het
bepalen van de afstelling tijdens raceweekenden verbetert: "Als we
aan de eerste vrije training beginnen, hebben we twee auto's
waarmee we gewoon kunnen rondrijden. We kunnen de afstelling
verkennen, net als de kleine, verschillende richtingen die we
moeten testen. Of het nu voor de auto van volgend jaar is, of de
auto van dit jaar. Wat het ook mag zijn, en zelfs wat betreft het
rijden... En tegen de tijd dat we bij de kwalificatie zijn,
eindigen we met een vrijwel identieke set-up."