Data tonen aan: Verstappen en Red Bull krijgen zeldzame kans

Max Verstappen en Red Bull temperen inmiddels traditiegetrouw de
verwachtingen voor een Grand Prix-weekend. Op Monza is dat echter
niet heel vreemd, want vorig jaar verliep de race dramatisch voor
de Nederlander. Balansproblemen nekten Verstappen, met de zesde
plaats als resultaat. En door de huidige dominantie van McLaren
leek een zege dan ook te hoog gegrepen. Zelfs de altijd
optimistische Helmut Marko zei dat dit weekend te vroeg zou komen.
De vrije trainingen verliepen echter zeer positief voor Verstappen.
Dat blijkt misschien niet direct uit het resultaat van de
representatieve tweede oefensessie, maar de data schetsten een
positief beeld. Verstappen plaatste zijn Red Bull op de zesde
plaats in zijn tweede run op softs, met een achterstand van twee
tienden op snelste man Lando Norris. Die kleine achterstand is op
zichzelf al positief, wetende dat Verstappen zijn eerste rondje
moest afbreken door een foutje in Lesmo 2. Op alle vlakken mengde
Verstappen zich bovendien in de strijd met McLaren en Ferrari, dat
altijd flink uitpakt voor haar thuisrace in Italië. De 27-jarige
Verstappen stond immers bovenin qua topsnelheden – Red Bull had ook
de nieuwe motor direct opengeschroefd om tests uit te voeren – en
won tijd in een aantal snelle bochten. De wereldkampioen kwam ten
opzichte van Norris en Charles Leclerc bijvoorbeeld als winnaar uit
de bus in bocht zeven en elf. Over één rondje lijkt Verstappen zich
dan ook in de strijd om poleposition te kunnen mengen, mits Red
Bull opnieuw een grote stap van vrijdag naar zaterdag zet. Het hele
jaar zijn de verschillen in de kwalificatie al klein, en dat lijkt
ook op het razendsnelle Monza het geval te zijn. Qua motorvermogen
en topsnelheid zitten de beste fabrikanten al jaren dicht bij
elkaar. Op een circuit waar topsnelheid de boventoon voert, zie je
dat dan ook terug. McLaren is wel een beetje een uitzondering op
die regel. Norris en Oscar Piastri rijden het hele jaar al met meer
vleugel dan de naaste concurrentie en kiezen voor dezelfde tactiek
in Italië. Zo zal McLaren waarschijnlijk proberen de banden beter
in leven te houden dan de concurrenten, in de hoop op die manier
het verschil te kunnen maken. Bekijk hieronder de data over één
ronde. De tekst gaat daarna verder. Longruns De longruns zagen er
echter ook goed uit bij Verstappen. Gemiddeld was hij op mediums
namelijk de nummer twee op de baan qua rondetijden, zo’n twee
tienden achter Norris. Op zich zien we dat beeld al het hele jaar,
maar de verschillen waren nu wel een stuk kleiner. Verstappen reed,
op één rondje na, een constant tempo en hield dus ook zijn banden
aardig in leven. Leclerc reed overigens een zeer rommelige longrun
op softs en leek te bewijzen dat dat geen band voor de race is,
ondanks zijn redelijke snelheid. De kwalificatie belooft cruciaal
te worden, omdat inhalen zeer lastig is op Monza. Dat klinkt
misschien gek door de vele rechte stukken en DRS-zones, maar de
teams rijden met zodanig kleine achtervleugels dat DRS weinig
verschil maakt in topsnelheid. Als je niet vooraan rijdt, kom je al
snel in DRS-treintjes terecht, zeker als de verschillen zo klein
zijn als nu. En dáár zit de crux voor Verstappen en Red Bull. De
Nederlander klonk niet volledig tevreden over het gedrag van de
RB21 op softs. Het verschil met McLaren mag dan klein zijn, Red
Bull moet daar nog een stap in zetten om Verstappen de kans op
poleposition te geven. De RB21 was zeer gevoelig in bochten, al
gold dat voor het overgrote deel van de grid. Vrijwel iedereen kwam
een keer te wijd uit. Indien Verstappen inderdaad kan stunten in de
kwalificatie – en dat heeft hij eerder dit jaar al laten zien –
krijgt hij een zeldzame kans op succes. Door het gebrek aan
inhaalmogelijkheden, de kleine verschillen en de lagere topsnelheid
zal McLaren veel moeite moeten doen om een achterstand goed te
maken in de Grand Prix. Maar dan moet je er wel vooraan staan in de
kwalificatie. De opdracht is helder.