Data toont pijnpunten Verstappen in Mexico aan

Al op vrijdag, tijdens de tweede vrije training, werd duidelijk dat
er iets niet goed ging bij Red Bull Racing. Max Verstappen was nog
wel de snelste man over één vliegende ronde, maar de problemen
lagen vooral bij de langere runs. Waar Lando Norris met
ogenschijnlijk gemak zijn rondetijden in de 1:21’ers kon houden,
schommelden de rondetijden van Verstappen in de hoge 1:22’ers. Waar
zit hem dat in? Red Bull Racing heeft, net als in Hongarije, moeite
om de banden in het juiste window te krijgen. De ijle, warme lucht
in Mexico-Stad zorgt ervoor dat alle teams veel moeite hebben met
het koelen van de motor, remmen en banden. Red Bull koos voor grote
aanpassingen aan het koelprofiel van de motorkap, terwijl dat bij
McLaren en Ferrari mee lijkt te vallen. Voor de banden is er echter
nauwelijks een mogelijkheid om extra koeling te realiseren. De
binnenkant van de band raakt snel oververhit door de beperkte
luchtkoeling, waardoor teams en coureurs heel voorzichtig moeten
zijn met het bandenmanagement. McLaren heeft daar minder last van;
het team heeft dit seizoen al vaker laten zien een voordeel te
hebben op circuits met hoge temperaturen. In de data vertaalt die
moeite met bandentemperaturen zich vooral in het gebruik van gas-
en rempedaal. Opvallend is dat Verstappen het hele weekend al veel
meer lift dan de overige coureurs in de top vijf. De enige
uitzondering is George Russell. Zowel Verstappen als Russell moet 8
procent van de ronde liften om de belasting op banden en remmen te
verminderen. Norris (4,8%), Leclerc (2,6%) en Hamilton (0,6%)
hoeven zich veel minder te beperken. Snelheid door de bochten Ook
in de telemetrie van de snelste rondetijden van Norris, Leclerc en
Verstappen vallen een aantal dingen op. Het recept achter de snelle
eerste sector van Norris lijkt te liggen in bochten 2, 7 en 8. De
McLaren was tijdens de sessie de langzaamste van de drie op de
rechte stukken, maar Norris zette desondanks een paarse eerste
sector neer. Aan de telemetrie is te zien dat Verstappen iets
langzamer door de eerste bocht gaat, maar met meer snelheid bocht 2
benadert. De lijnen van Norris en Leclerc zijn nagenoeg identiek.
Opmerkelijk is dat Norris ongeveer tien kilometer per uur sneller
door bocht 2 gaat. Waar Verstappen en Leclerc tussen bocht 2 en 3
extra gas moeten geven om voldoende snelheid door de chicane mee te
nemen, hoeft Norris zijn gaspedaal veel minder te gebruiken om
dezelfde snelheden te bereiken. Daarmee belast hij ook zijn
achterbanden minder. In het langzame gedeelte van bocht 4 tot en
met 7 zijn de drie coureurs aan elkaar gewaagd. De
bochtencombinatie van 7 tot en met 11 is echter waar Verstappen de
meeste tijd verliest. Op de onboards tijdens de kwalificatie was te
zien dat de RB21 van de Nederlander veel moeite heeft met het
hobbelige asfalt in bocht 9. Het overstuur dat Verstappen daar keer
op keer ervoer, is duidelijk terug te zien in de data. Norris neemt
iets minder snelheid mee door bocht 7, maar kan vervolgens een stuk
langer vol gas blijven geven door 8 en 9. Verstappen kan op
datzelfde stuk slechts 70 tot 75 procent van zijn gaspedaal
indrukken. Het resultaat is dat Norris ongeveer tien kilometer per
uur sneller door het hele bochtige gedeelte gaat. Ook in de derde
sector was Norris een fractie sneller dan Verstappen. Beide
coureurs hanteren iets andere rempunten, al lijken die weinig
invloed te hebben op de snelheid door het stadiongedeelte. Dat
Norris hier sneller is, heeft twee voornaamste oorzaken: meer
downforce en beter beheerde bandentemperaturen. Dit alles zorgt
ervoor dat Norris een grote slag wist te slaan op één van zijn
grootste concurrenten in de titelstrijd.