Van Amersfoort kneedt al vijftig jaar aan racetalent, van Verstappen tot Colapinto
Voor veel Nederlanders bestaat autosport uit Max Verstappen. De bombastische wereld van de Formule 1 waar de viervoudig wereldkampioen zich in beweegt, is gezichtsbepalend.
Maar de Nederlandse autosport is veel meer dan dat. De basis ervan ligt in garages, bij teams waar jonge talenten worden opgeleid voor de 'racerij'.
Een van belangrijkste plekken in dat wereldje ligt in Zeewolde, waar het team Van Amersfoort Racing is gevestigd. Daar kneden ze al precies vijftig jaar aan binnen- en buitenlands racetalent.
Vijf van de twintig huidige F1-coureurs reden in hun jeugd voor die renstal, die werd opgericht door Frits van Amersfoort: Verstappen, Charles Leclerc, Oliver Bearman, Franco Colapinto en Liam Lawson.
Bijsturen of constant kneden
Op het jubileumfeest van Van Amersfoort Racing ging het natuurlijk veel over die grote namen. Verstappen kwam in 2014 bij het team en won vers uit de karts de ene na de andere Formule 3-race.
"Aan dat soort toptalent heb je als opleider het minste werk", vertelt Van Amersfoort. "Die hoef je alleen maar bij te sturen."
Het echte ambacht zit 'm in de coureurs onder die absolute topcategorie. Aan die rijders sleutelen Van Amersfoort en collega's nauwgezet. Het leverde coureurs als Jos Verstappen, Kevin Magnussen, Mick Schumacher en Renger van der Zande fraaie carrières op.
Wat is dat precies: racetalent?
Het klinkt heel abstract: racetalent. Na de doorbraak van OIiver Bearman legde Van Amersfoort uit waarin dat zit: "Uiteindelijk is het sport: racen is een behendigheid, waarin iemand als Bearman van jongs af aan beter is dan de gemiddelde mens. Het is als het balgevoel bij een jonge toptennisser."
"Als coureur gaat het erom dat je snel bent op de snelste delen van een circuit. Op een langzamere bocht kan je oefenen. Maar een snelle bocht op hoog tempo doorknallen, dat moet in je zitten. Dat kan je haast niet aanleren."
Van Amersfoort moet de grootste talenten juist afremmen, zegt hij. "Er zijn coureurs die je sneller moet maken en coureurs die je soms wat langzamer moet maken. Bearman was van die tweede categorie, net als andere toptalenten als Verstappen en Charles Leclerc."
Zelf droomde Van Amersfoort nooit van een loopbaan als coureur. Hij is van nature een opleider en vooral ontzettend verslingerd aan auto's. "Ik ben tussen de benzine geboren, een kind van de garage van mijn vader."
"Huub Rothengatter (later coureur en manager van Jos Verstappen, red.) woonde bij ons in de buurt, wilde gaan racen en liet zijn eerste raceautootje spuiten in onze garage. Toen zat ik voor het eerst met mijn vingers aan een raceauto en wilde ik niet meer anders. Daarna begon het allemaal."
Voor Van Amersfoort het wist, zat hij tot over zijn nek in de autosportwereld. Maar met de glimmende, flitsende F1-biotoop van nu had dat nog helemaal niets te maken.
In de eerste jaren was het (financieel) improviseren bij Van Amersfoort Racing. "Poetsen, zorgen dat de auto niet uit elkaar viel en dat die aan de streep kwam. Daar moesten we al alles voor opzijzetten."
Al zijn geld moest in die tijd het team in. "Ik schaam me er bijna voor, hoeveel financiële risico's ik heb genomen om het draaiende te houden. Echt achterlijk... We hadden schulden, dus moesten haast wel door. Of ik had moeten denken: stik allemaal de moord maar. Maar dat zat niet in mijn aard."
Succes
De beloning voor al het harde werk kwam pas veel later, toen de grote talenten uit zijn stal doorbraken in de Formule 1. "Dat succes heb je nodig: mensen willen bij winnaars horen."
Zelf houdt Van Amersfoort niet eens zo heel erg van de Formule 1. Veel liever dompelt hij zich onder in die ander klassen - de Formule 2 en 3 - waar het grote geld het pure racen nog niet heeft aangetast. "Het is natuurlijk mooi om te zien, maar ik vind F1 eigenlijk minder leuk. Dat is zo'n immense industrie... Als ik zie hoe het daaraan toegaat: laat mij daar maar buiten."
Vijftig jaar bestaat Van Amersfoort Racing dus. Of zijn team en de autosport ooit de honderd jaar bereiken, weet hij niet. Daarvoor verandert de wereld te snel.
"Zo groot durf ik niet te dromen. Autosport zal wel even blijven bestaan, maar het zal er totaal anders uit zien."
Maar de Nederlandse autosport is veel meer dan dat. De basis ervan ligt in garages, bij teams waar jonge talenten worden opgeleid voor de 'racerij'.
Een van belangrijkste plekken in dat wereldje ligt in Zeewolde, waar het team Van Amersfoort Racing is gevestigd. Daar kneden ze al precies vijftig jaar aan binnen- en buitenlands racetalent.
Vijf van de twintig huidige F1-coureurs reden in hun jeugd voor die renstal, die werd opgericht door Frits van Amersfoort: Verstappen, Charles Leclerc, Oliver Bearman, Franco Colapinto en Liam Lawson.
Bijsturen of constant kneden
Op het jubileumfeest van Van Amersfoort Racing ging het natuurlijk veel over die grote namen. Verstappen kwam in 2014 bij het team en won vers uit de karts de ene na de andere Formule 3-race.
"Aan dat soort toptalent heb je als opleider het minste werk", vertelt Van Amersfoort. "Die hoef je alleen maar bij te sturen."
Het echte ambacht zit 'm in de coureurs onder die absolute topcategorie. Aan die rijders sleutelen Van Amersfoort en collega's nauwgezet. Het leverde coureurs als Jos Verstappen, Kevin Magnussen, Mick Schumacher en Renger van der Zande fraaie carrières op.
Wat is dat precies: racetalent?
Het klinkt heel abstract: racetalent. Na de doorbraak van OIiver Bearman legde Van Amersfoort uit waarin dat zit: "Uiteindelijk is het sport: racen is een behendigheid, waarin iemand als Bearman van jongs af aan beter is dan de gemiddelde mens. Het is als het balgevoel bij een jonge toptennisser."
"Als coureur gaat het erom dat je snel bent op de snelste delen van een circuit. Op een langzamere bocht kan je oefenen. Maar een snelle bocht op hoog tempo doorknallen, dat moet in je zitten. Dat kan je haast niet aanleren."
Van Amersfoort moet de grootste talenten juist afremmen, zegt hij. "Er zijn coureurs die je sneller moet maken en coureurs die je soms wat langzamer moet maken. Bearman was van die tweede categorie, net als andere toptalenten als Verstappen en Charles Leclerc."
Zelf droomde Van Amersfoort nooit van een loopbaan als coureur. Hij is van nature een opleider en vooral ontzettend verslingerd aan auto's. "Ik ben tussen de benzine geboren, een kind van de garage van mijn vader."
"Huub Rothengatter (later coureur en manager van Jos Verstappen, red.) woonde bij ons in de buurt, wilde gaan racen en liet zijn eerste raceautootje spuiten in onze garage. Toen zat ik voor het eerst met mijn vingers aan een raceauto en wilde ik niet meer anders. Daarna begon het allemaal."
Voor Van Amersfoort het wist, zat hij tot over zijn nek in de autosportwereld. Maar met de glimmende, flitsende F1-biotoop van nu had dat nog helemaal niets te maken.
In de eerste jaren was het (financieel) improviseren bij Van Amersfoort Racing. "Poetsen, zorgen dat de auto niet uit elkaar viel en dat die aan de streep kwam. Daar moesten we al alles voor opzijzetten."
Al zijn geld moest in die tijd het team in. "Ik schaam me er bijna voor, hoeveel financiële risico's ik heb genomen om het draaiende te houden. Echt achterlijk... We hadden schulden, dus moesten haast wel door. Of ik had moeten denken: stik allemaal de moord maar. Maar dat zat niet in mijn aard."
Succes
De beloning voor al het harde werk kwam pas veel later, toen de grote talenten uit zijn stal doorbraken in de Formule 1. "Dat succes heb je nodig: mensen willen bij winnaars horen."
Zelf houdt Van Amersfoort niet eens zo heel erg van de Formule 1. Veel liever dompelt hij zich onder in die ander klassen - de Formule 2 en 3 - waar het grote geld het pure racen nog niet heeft aangetast. "Het is natuurlijk mooi om te zien, maar ik vind F1 eigenlijk minder leuk. Dat is zo'n immense industrie... Als ik zie hoe het daaraan toegaat: laat mij daar maar buiten."
Vijftig jaar bestaat Van Amersfoort Racing dus. Of zijn team en de autosport ooit de honderd jaar bereiken, weet hij niet. Daarvoor verandert de wereld te snel.
"Zo groot durf ik niet te dromen. Autosport zal wel even blijven bestaan, maar het zal er totaal anders uit zien."
